woensdag 18 juli 2012

Ontstentenis of belet bestuurder


Recentelijk werd ik in mijn praktijk geconfronteerd met een vennootschap, waarvan de bestuurder met de noorderzon was vertrokken. Wanneer een bestuurder zijn functie feitelijk niet uitoefent, hetzij door een oorzaak van blijvende aard (overlijden) hetzij van tijdelijke aard (afwezigheid, ziekte, schorsing etc.) is er juridisch sprake van “ontstentenis of belet” van deze bestuurder.
De statuten van deze vennootschap bepaalden dat bij ontstentenis of belet van de bestuurder een daartoe aangewezen commissaris de bestuurstaken waarneemt.

Kan een commissaris oneindig waarnemen?

Het antwoord daarop is: nee. Uit het feit dat het gaat om waarneming blijkt reeds dat het moet gaan om tijdelijke vervanging. De Hoge Raad heeft dit al in 1961 (HR 22 december 1961, NJ 1962, 43) uitgemaakt. Wanneer de belet periode te lang duurt moet een nieuwe bestuurder worden benoemd. De Hoge Raad acht het onaanvaardbaar dat een commissaris gedurende lange tijd met de waarneming van het bestuur wordt belast.

Waarnemend commissaris zelfde aansprakelijkheid als bestuurder

In dit geval had mijn cliĆ«nt een claim op de vennootschap, waarvan het niet zeker was of deze voldoende verhaal zou bieden. Wel was sprake van handelingen, waarop  een vordering van bestuurdersaansprakelijkheid kon worden gebaseerd. Echter, in dit geval was er geen bestuurder. Niettemin kon de commissaris die belast was met het bestuur op grond van bestuurdersaansprakelijkheid worden aangepakt. Op grond van artikel 2:261 BW worden degenen die in die krachtens een bepaling van der statuten bestuurshandelingen verrichten aangemerkt als bestuurder. Voor een commissaris betekent dit een groter risico voor aansprakelijkheid. Immers de normen die gelden voor een bestuurder zijn lager dan voor een toezichthouder, waardoor een bestuurder eerder aansprakelijk kan worden gehouden dan een commissaris.

Moet commissaris belast met bestuur aftreden als commissaris?

Aangezien een commissaris toezicht houdt op het bestuur zijn de twee functies van bestuurder en commissaris onverenigbaar. Moet een commissaris dan aftreden op het moment dat hij belast wordt met het bestuur? Over deze vraag is men verdeeld. In de Corporate Governance Code (http://www.commissiecorporategovernance.nl/), die van toepassing is op beursvennootschappen staat in Best Practice bepaling III.6.7. dat de commissaris die tijdelijk voorziet in het bestuur uit de raad van commissarissen moet treden. Aangezien dit erg onpraktisch is, passen veel beursvennootschappen deze regel niet toe. Echter, de Ondernemingskamer heeft in 2005 (JOR 2005/270) overwogen dat het onwenselijk is als een commissaris langer dan 6 maanden belast is met een bestuurstaak.

Ik zou om praktische redenen menen dat een commissaris die belast is met het bestuur niet direct uit de raad van commissarissen hoeft te treden, indien deze situatie slechts voor korte duur is. Echter, deze commissaris zal zich wel van stemming in de raad van commissarissen dienen te onthouden, waar het toezicht op het bestuur betreft, aangezien hier een evidente belangenverstrengeling optreedt.

Conclusie

De regeling van ontstentenis en belet lijkt zo eenvoudig, maar er zijn toch de nodige valkuilen en risico’s met name voor een commissaris die belast wordt met het bestuur. Hij is immers aansprakelijk als een bestuurder.

Jolmer de Haas